Waarom samenwerken of alleen werken ertoe doet?

Module 11. Samenwerken met een collega of liever alleen?

 

Waarom samenwerken of alleen werken ertoe doet?

Een bewuste keuze maken tussen samenwerken of alleen werken heeft invloed op je werkplezier, productiviteit en persoonlijke ontwikkeling. Door stil te staan bij jouw voorkeuren en ervaringen, ontdek je wat het beste bij jou en je werk past.

 

Wat past bij jou en je werk?

De ene persoon werkt het liefst in een team, de ander juist alleen. Het hangt af van je persoonlijkheid, je werkstijl en de doelen die je wilt bereiken. Deze Module helpt je om inzicht te krijgen in wat voor jou werkt.

Of je beter met collega’s kunt werken of alleen hangt af van het type werk, je persoonlijkheid en je doelen. Hier zijn een paar overwegingen:

Voordelen van werken met collega’s

Samen sta je sterker – Je kunt taken verdelen en elkaar ondersteunen.

Meer perspectieven – Anderen brengen nieuwe ideeën en inzichten.

Sociale interactie – Contact met collega’s maakt het werk leuker en minder eenzaam.

Snellere groei – Je leert van anderen en kunt feedback krijgen.

Hogere productiviteit – Samenwerken kan efficiënter zijn dan alles zelf doen.

 

Voordelen van alleen werken

Volledige controle – Je bepaalt je eigen tempo en manier van werken.

Meer focus – Geen afleidingen of onnodige vergaderingen.

Creatieve vrijheid – Je kunt je eigen ideeën uitwerken zonder compromissen.

Flexibiliteit – Je kunt werken waar en wanneer je wilt.

 

Het hangt dus af van wat je belangrijk vindt. Wil je efficiëntie, groei en sociale contacten? Dan zijn collega’s handig. Werk je liever in je eigen ritme en heb je veel autonomie nodig? Dan kan alleen werken beter bij je passen.

 

Oefeningen en reflectievragen

Stap 1. Jij in het team: wat past bij jou?

Sommige mensen bloeien op in een team, terwijl anderen juist energie halen uit zelfstandig werken.Wat voor jou goed voelt, hangt samen met je persoonlijkheid, eerdere ervaringen en wat je prettig vindt in werkrelaties.

Oefening:

11.1 Maak een lijst van drie situaties waarin je prettig samenwerkte met anderen.

11.2 Maak ook een lijst van drie momenten waarop je liever alleen werkte of samenwerken juist als lastig ervaarde.

11.3 Noteer per situatie wat ervoor zorgde dat het goed of juist minder goed werkte.

 

Reflectievragen:

11.4 In welke situaties voelde jij je het meest effectief?

11.5 Wat zegt dit over jouw natuurlijke voorkeur: samenwerken of zelfstandig werken?

11.6 Wat betekent dit voor de manier waarop jij het liefst je werk organiseert?

 

Stap 2. Voordelen in de praktijk: wat ervaar jij?

Je hebt gelezen over de voordelen van samenwerken én van alleen werken. Maar hoe ervaar jij die voordelen in je eigen werksituatie?

Oefening:

11.7 Vink de voordelen aan die jij daadwerkelijk ervaart in je werk (van samenwerken en/of alleen werken).

11.8 Voeg eventueel eigen voordelen toe die voor jou belangrijk zijn.

11.9 Geef per voordeel een voorbeeld uit je eigen praktijk.

 

Reflectievragen:

11.10 Welke voordelen van samenwerken herken jij het meest?

11.11 Welke voordelen van alleen werken vind jij het belangrijkst?

11.12 Hoe zie je dit terug in je dagelijkse werk?

 

Stap 3. Uitdagingen en leerpunten

Samenwerken kan fijn zijn, maar ook lastig. Denk aan miscommunicatie, verschil in werkstijl of moeite met vertrouwen. Alleen werken kan juist eenzaam zijn of leiden tot uitstelgedrag.

 

Oefening:

11.13 Noteer één concrete situatie waarin je een uitdaging ervoer in samenwerken.

11.14 Schrijf op wat je lastig vond en hoe je toen reageerde.

11.15 Denk na over hoe je hiermee om zou kunnen gaan als deze situatie zich opnieuw voordoet.

 

Reflectievragen:

11.16 Wat is voor jou de grootste uitdaging in samenwerken?

11.17 Hoe ga je om met conflicten of verschillende werkstijlen?

11.18 Wat zou je willen verbeteren in je samenwerking met collega’s?

 

Stap 4. Jouw ideale werkstijl in kaart

Iedereen heeft een voorkeur voor hoe hij of zij het liefst werkt. Door je eigen werkstijl te begrijpen, kun je betere keuzes maken over hoe je je werk inricht of waar je energie in steekt.

 

Oefening:

Beantwoord de volgende stellingen met "eens", "oneens" of "twijfel":

11.19 Ik krijg energie van brainstormen met anderen.

11.20 Ik werk het liefst in mijn eigen tempo.

11.21 Ik vind het fijn om samen verantwoordelijk te zijn voor een project.

11.22 Ik heb behoefte aan autonomie in mijn werk.

11.23 Kijk naar je antwoorden en bepaal wat ze zeggen over jouw ideale werkvorm.

 

Reflectievragen:

11.24 Hoe zou jij je ideale werkdag inrichten: meer alleen of meer samen?

11.25 In hoeverre komt jouw huidige werk overeen met je voorkeur?

 

Stap 5.

11.26 Welke kleine aanpassingen kun je doen om beter aan te sluiten bij jouw ideale werkstijl?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 11. Samenwerken met een collega of liever alleen

Waarom samenwerken of alleen werken ertoe doet

Een bewuste keuze maken tussen samenwerken of alleen werken heeft invloed op je werkplezier, productiviteit en persoonlijke ontwikkeling. Door stil te staan bij jouw voorkeuren en ervaringen, ontdek je wat het beste bij jou en je werk past.

Wat past bij jou en je werk?

De ene persoon werkt het liefst in een team, de ander juist alleen. Het hangt af van je persoonlijkheid, je werkstijl en de doelen die je wilt bereiken. Dit hoofdstuk helpt je om inzicht te krijgen in wat voor jou werkt.

Of je beter met collega’s kunt werken of alleen, hangt af van het type werk, je persoonlijkheid en je doelen. Hier zijn een paar overwegingen:

Voordelen van werken met collega’s

Samen sta je sterker – Je kunt taken verdelen en elkaar ondersteunen.

Meer perspectieven – Anderen brengen nieuwe ideeën en inzichten.

Sociale interactie – Contact met collega’s maakt het werk leuker en minder eenzaam.

Snellere groei – Je leert van anderen en kunt feedback krijgen.

Hogere productiviteit – Samenwerken kan efficiënter zijn dan alles zelf doen.

Voordelen van alleen werken

Volledige controle – Je bepaalt je eigen tempo en manier van werken.

Meer focus – Geen afleidingen of onnodige vergaderingen.

Creatieve vrijheid – Je kunt je eigen ideeën uitwerken zonder compromissen.

Flexibiliteit – Je kunt werken waar en wanneer je wilt.

Het hangt dus af van wat je belangrijk vindt. Wil je efficiëntie, groei en sociale contacten? Dan zijn collega’s handig. Werk je liever in je eigen ritme en heb je veel autonomie nodig? Dan kan alleen werken beter bij je passen.

Oefeningen en reflectievragen
1. Jij in het team: wat past bij jou?

Sommige mensen bloeien op in een team, terwijl anderen juist energie halen uit zelfstandig werken. Wat voor jou goed voelt, hangt samen met je persoonlijkheid, eerdere ervaringen en wat je prettig vindt in werkrelaties.

Oefening:

Maak een lijst van drie situaties waarin je prettig samenwerkte met anderen.

Maak ook een lijst van drie momenten waarop je liever alleen werkte of samenwerken juist als lastig ervaarde.

Noteer per situatie wat ervoor zorgde dat het goed of juist minder goed werkte.

Reflectievragen:

In welke situaties voelde jij je het meest effectief?

Wat zegt dit over jouw natuurlijke voorkeur: samenwerken of zelfstandig werken?

Wat betekent dit voor de manier waarop jij het liefst je werk organiseert?

2. Voordelen in de praktijk: wat ervaar jij?

Je hebt gelezen over de voordelen van samenwerken én van alleen werken. Maar hoe ervaar jij die voordelen in je eigen werksituatie?

Oefening:

Vink de voordelen aan die jij daadwerkelijk ervaart in je werk (van samenwerken en/of alleen werken).

Voeg eventueel eigen voordelen toe die voor jou belangrijk zijn.

Geef per voordeel een voorbeeld uit je eigen praktijk.

Reflectievragen:

Welke voordelen van samenwerken herken jij het meest?

Welke voordelen van alleen werken vind jij het belangrijkst?

Hoe zie je dit terug in je dagelijkse werk?

3. Uitdagingen en leerpunten

Samenwerken kan fijn zijn, maar ook lastig. Denk aan miscommunicatie, verschil in werkstijl of moeite met vertrouwen. Alleen werken kan juist eenzaam zijn of leiden tot uitstelgedrag.

Oefening:

Noteer één concrete situatie waarin je een uitdaging ervoer in samenwerken.

Schrijf op wat je lastig vond en hoe je toen reageerde.

Denk na over hoe je hiermee om zou kunnen gaan als deze situatie zich opnieuw voordoet.

Reflectievragen:

Wat is voor jou de grootste uitdaging in samenwerken?

Hoe ga je om met conflicten of verschillende werkstijlen?

Wat zou je willen verbeteren in je samenwerking met collega’s?

4. Jouw ideale werkstijl in kaart

Iedereen heeft een voorkeur voor hoe hij of zij het liefst werkt. Door je eigen werkstijl te begrijpen, kun je betere keuzes maken over hoe je je werk inricht of waar je energie in steekt.

Oefening:

Beantwoord de volgende stellingen met "eens", "oneens" of "twijfel":

Ik krijg energie van brainstormen met anderen.

Ik werk het liefst in mijn eigen tempo.

Ik vind het fijn om samen verantwoordelijk te zijn voor een project.

Ik heb behoefte aan autonomie in mijn werk.

Kijk naar je antwoorden en bepaal wat ze zeggen over jouw ideale werkvorm.

Reflectievragen:

Hoe zou jij je ideale werkdag inrichten: meer alleen of meer samen?

In hoeverre komt jouw huidige werk overeen met je voorkeur?

Welke kleine aanpassingen kun je doen om beter aan te sluiten bij jouw ideale werkstijl?